Wel of geen co-ouderschap? (1)

In mijn praktijk zie ik steeds meer ouders kiezen voor een zorgregeling, waarin ze allebei een (min of meer) gelijke tijd voor hun kinderen willen zorgen. We noemen dit ook wel ‘co-ouderschap’. Een co-ouderschap wordt vaak als ideaal gezien, want wat is er mooier dan dat beide ouders nog steeds samen de kinderen opvoeden. Toch zijn er veel redenen om goed na te denken over de wens voor een co-ouderschap. Wat zijn de motieven voor het co-ouderschap en is het ook praktische haalbaar? Uit onderzoek blijkt dat kinderen ook in de knel komen te zitten, juist door een co-ouderschap. Aan de hand van een aantal vaste vragen bespreek ik samen met de ouders zoveel mogelijk aandachtspunten. Ouders trekken dan zelf de conclusie of het co-ouderschap voor de kinderen de beste regeling is.

Is de zorgverdeling in het co-ouderschap een voortzetting van de opvoedingspraktijk tijdens het huwelijk?

Kinderen vinden een co-ouderschap prettig als de zorgregeling niet (te veel) wijzigt. Voortzetting van de dagelijkse routine geeft hen veiligheid en houvast in een onzekere en onvoorspelbare tijd. Voor de scheidende partners levert deze voortzetting van de zorg het voordeel op, dat noodzakelijke aanpassingen tot een minimum beperkt blijven. Ook zij kunnen terugvallen op de vertrouwde routines.

Als co-ouderschap als zorgregeling sterk afwijkt van de gang van zaken tijdens het huwelijk, is het van groot belang dat beide ouders een goede voorstelling hebben van wat die wijziging voor ieder van hen – en voor de kinderen inhoudt. Voor de ouder, die tijdens het huwelijk verantwoordelijk was voor het grootste deel van de zorg, betekent het: het opgeven van een deel van de vanzelfsprekende regie over de opvoeding en zorg, een bereidheid om bestaande routines te veranderen, veel meer en vaker communiceren over alle aspecten van de zorg (gezondheid, school, vrijetijdsbesteding) en meer overleg over planning en besluitvorming. Co-ouderschap houdt immers in dat beide ouders hun kinderen zullen meemaken tijdens de doordeweekse schooldagen, hun vrije tijd en weekends, wanneer ze ziek zijn, enzovoort. De andere ouder, die zich nu intensiever met de zorg voor de kinderen gaat bezighouden, onderschat dit vaak. Het geven van meer zorg heeft invloed op de eigen bewegingsvrijheid. Er wordt een beroep gedaan op nieuwe vaardigheden. En hoeveel en hoe vaak m0et er overlegd worden met de ex-partner? Vaak hebben deze ouders een achterstand in kennis en ervaring, zijn ze minder goed ingevoerd in de netwerken rondom de kinderen (school, vriendschappen, sport) en hebben zij meer moeite een goede balans te vinden tussen werk en zorgtaken.

Alleen wanneer de een bereid is kennis en ervaring met de ander te delen, en omgekeerd de ander daarvoor open staat, heeft co-ouderschap in zulke gevallen kans van slagen.

© 2024 Notaris Joost / Algemene voorwaarden

Site by Studio BC